16 Februari 1907.
63
gemeente Prinsenhage, de gemeente Breda het recht heeft de
noodige werkzaamheden voor het leveren van gas en water
ongestoord te kunnen volbrengen.
Bij eventueel geschil tusschen contractant ter eene zijde en
de gemeente Prinsenhage, zullen de daaruit voor de gemeente
Breda voortspruitende kosten door contractant ter eene zijde
gedragen worden.
Art. 5.
Wanneer contractant ter eene zijde, te eenigertijd openbare
verlichting zou wenschen, zullen de kosten voor het aanbren
gen van lantaarnpalen, armen, lantaarns, alsmede de buizen
tot aansluiting, voor zijne rekening komen en zal hij moeten
betalen voor elke lantaarn met één vlam per jaar 45,—, zoo
lang de prijs van het gas voor de ingezetenen te Breda niet
hooger dan 0,06 is. Hieronder is begrepen het onderhoud,
het aansteken en het blusschen. Echter met dien verstande,
dat contractant ter eene zijde de verplichting op zich neemt,
om na 5 jaren van af de dagteekening dezer akte, voor min
stens tien lantaarns te betalen, ook al zouden deze niet alle
geplaatst zijn.
Art. 6.
Uitsluitend de gemeente Breda is bevoegd gas en water te
leveren aan de bewoners of gebruikers der perceelen op de
terreinen van contractant ter eene zijde, omschreven in artikel 1,
die tot de gemeente Prinsenhage behooren en we! het gas be
rekend tegen 0,03 per M:t. meer dan in de gemeente Breda
wordt betaald, en het water berekend tegen 0,05 per M3.
meer dan in de gemeente Breda wordt betaald, benevens
meterhuur voor gas en water.
Op de terreinen van contractant ter eene zijde tot de ge
meente Breda behoorende, zal gelden de prijs, die in Breda
voor gas en water wordt gevorderd.
Water voor besproeiing wordt door de gemeente aan adres
sant geleverd voor 0,25 per M3.
De spruitleidingen van de hoofdleidingen naar de perceelen
worden door de directie der gasfabriek en waterleiding aan
gelegd op kosten van de eigenaars dier perceelen en blijven
eigendom der gemeente Breda. De aansluiting echter der