98 9 Maart 1907. op den 3en Maandag in October en zou dus samenvallen met het tijdstip, zooals thans door burgemeester en wethouders is voorgesteld. De heer SMITS zegt, dat hij ook enkele kermisreizigers ge sproken heeft, die hem verklaarden, dat gewoonlijk de beste kermis wordt uitgekozen, welke in de richting van de reis valt. De groote inrichtingen, welke thans met drie of vier van de zelfde soort op de Hollandsche kermissen staan, zullen zich splitsen en één of twee daarvan zullen naar Breda komen, als hier de kermis er tusschen valt. Liever had spreker gezien, dat de kermis kon worden gehouden in het begin van September. De heer SASSEN is voor het argument, door burgemeester en wethouders aangevoerd. Zonder verdere bedenking wordt alsnu besloten het voorstel van burgemeester en wethouders goed te keuren, 21. Door den voorzitter wordt namens burgemeester en wethouders aangeboden het antwoord op het rapport in zake de oprichting eener electrische centrale. Spreker zegt, dat het de bedoeling is, dit rapport in de eerstvolgende vergadering in behandeling te stellen. Bedoeld antwoord luidt als volgt: Door u werden in onze handen om prae-advies gesteld A. een adres van de heeren jhr. E. H. Prisse en M. Preis- werk, beiden ingenieurs en wonende te Brussel, daarbij te kennen gevende, dat zij het plan hebben opgevat, om van de naamlooze venno: tichap „de Ginnekensche tramwegmaatschap pij" gevestigd te Ginnekenen de tramwegmaatschappij „Breda- Mastbosch", gevestigd te Ginneken, hare concessiën, bezittingen, enz. over te nemen, ten einde de tractie door paarden te vervangen door electrischemet verzoek aan adressanten te willen mededeelen, of de raad genegen is 1°. de voormelde concessiën aan hen, adressanten, over te dragen; 2°. die concessiën te verlengen met minstens nog dertig jaren 3°. aan hen, adressanten, te vergunnen, de tractie door paarden vóór den afloop van de bestaande concessiën te

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1907 | | pagina 98