2 Mei 1908.
145
De voorzitter wijst erop, dat er haast bij de zaak
is. In naburige gemeenten loopt men reeds met eenzelfde
plan rond. De oprichting der veilingsvereeniging is ver
zekerd. Men wacht slechts op de beslissing van den raad.
Met algemeene stemmen wordt alsnu besloten het gebouw
te stichten op het door burgemeester en wethouders aan
geduide terrein nabij de Trambrug.
Hierop brengt de voorzitter in behandeling de in
het prae-advies gestelde voorwaarden.
Ten aanzien van de sub a gestelde voorwaarde, vraagt
de heer Meeuwesen, waaruit blijken moet, dat het vereischte
kapitaal beschikbaar is.
De voorzitter antwoordt hierop, dat het aan burge
meester en wethouders blijken moet, of het noodige be
drijfskapitaal beschikbaar is.
De sub a en b gestelde voorwaarden worden alsnu zon
der bedenking goedgekeurd.
Ten aanzien van de sub c gestelde voorwaarde geeft de
heer Sassen als zijne meening te kennen, dat die voor
waarde te algemeen gesteld is. De rente behoort reeds
verschuldigd te zijn, als er winst gemaakt wordt.
De heer Smits vindt er geen bezwaar in, om de ver-
eeniging de eerste twee jaren geheel vrij te laten van het
betalen van rente. Dat zou slechts een geldelijk offer zijn
van f 150,per jaar. Men moet de zaak in de hand werken.
De heer Bloemarts wijst erop, dat geene rente zal ver
schuldigd zijn, wanneer de uitgaven niet door de inkomsten
worden gedekt. Spreker ziet echter niet in, waarom Breda
aan de vereeniging een cadeau zou moeten doen, als er
winst gemaakt wordt.
De voorzitter stelt alsnu voor de sub c genoemde
voorwaarde te lezen als volgt,,dat in de eerste twee