e.
20 Juni 1908. 171 u' I
„belangen van cene speciale klasse, maar van heel de ge
beente zult behartigen."
Waarna de heer VAN DEN BRINK zitting neemt.
2. Besluiten van de gedeputeerde staten voornoemd, als
a. in dato 27 Mei 1908, G, n°. 39, houdende goedkeu
ring van het voljaars-kohier van den hoofdclijken
omslag dezer gemeente voor den dienst van 1908,
ten bedrage van 188 639,35;
b. in dato 4 Juni 1908, G, n°. 35, houdende goedkeu
ring van het eerste aanvullingskohier van den hoofde-
lijken omslag dezer gemeente voor den dienst van
1908, ten bedrage van ƒ1161,73;
c. in dato 4 Juni 1908, G, n°. 108, houdende goedkeu
ring van een suppletoir-kohier van de plaatselijke
belasting op het gebruik van openbaren gemeente-
grond voor den dienst van 1908, ten bedrage van
0,50;
d. in dato 4 Juni 1908, G, n°. 109, houdende goedkeu
ring van het raadsbesluit van 23 Mei 1908, om in
de begrooting voor het dienstjaar 1907 af te schrijven
van hoofdstuk VIH, art. 1 (Onvoorziene uitgaven),
een bedrag van ƒ67,395 en dit over te schrijven op
hoofdstuk VI, afd. Ia, art. 3 (Onderhoud woningen
der Van Cooth's stichting)
in dato 4 Juni 1908, G, n°. 110, houdende goedkeu
ring van het raadsbesluit van 23 Mei 1908, om in
de begrooting voor het dienstjaar 1907 af te
schrijven van
hoofdstuk VI, afd. II, art. 3 (Kosten van verpleging
van arme krankzinnigen), een bedrag van ƒ1237,185
hoofdstuk VI, afd. II, art. 10 (Kosten
van verpleging in het R. K. gasthuis), een
bedrag van174,045
samen 1411,23
en deze som over te schrijven op hoofdstuk VII,
