u
8 Augustus 1908. 219
bond deze o.a. ten doel heeft het aankweeken van liefde
voor ons Vorstenhuis. De heer Van den Brink bezigde
toen de uitdrukking, dat hij het uniform-proletariaat gaarne
een pretje gunt. Men schijnt de menschen tegenwoordig
in verschillende proletariaten te verdeelen.
Welnu, van dit feest zal alle mogelijk proletariaat kunnen
genieten. Op het programma komt ook voor eene bedee
ling van de armen.
Spreker meent derhalve, dat de raad volkomen gerech
tigd is voor dit doel eene subsidie toe te staan.
De heer MEEUWESEN kan zich het best vereenigen
met den heer Sassen en is inderdaad tegen elke luxe
uitgaaf. De heer Van den Brink heeft beweerd, dat spreker
dikwijls eene royale bui heeft Dat is ook zoo, als het geldt
het belang van het volk Zoo'n royale bui had spreker en
hadden ook de overige raadsleden, toen zij eene verhoo
ging van f 10 000,voor de loonen der gemeente-werk
lieden toestonden.
Spreker acht echter in dit geval eene subsidie van 500,
wel wat vee! en zal dus stemmen voor het voorstel van
burgemeester en wethouders. De heer Van den Brink heeft
beweerd, dat er op dien dag enkel wat boeren en boerinnen
uit den omtrek naar Breda zullen komen, doch ook deze
brengen heel wat dubbeltjes mee. Spreker meent verder,
dat de zuinigheid moet betracht worden en dat de com
missie ook met f 300,wel zal kunnen rondkomen.
Het voorstel van den heer mr. W. INGENHOUSZ, tot
toekenning cener subsidie van f 500,wordt alsnu in
stemming gebracht en aangenomen met 12 tegen stemmen.
Vóór stemden de heeren Teychiné, mr. W. IngenHousz,
Heijlaerts, Smits, Bom, De Bont, Slechtriem, Staal, Van
Keppel, Lijdsman, J. M. IngenHousz en jhr. mr. Reigersman.
Tegen waren de heeren Meeuwesen, Van den Brink,
Bloemarts, Rombouts, Scheltus en Sassen.