22
1 Februari 1908.
van loodwit schadelijk is voor de gezondheid, in die mate,
als men in de verschillende geschriften wil doen voorkomen.
Ook in de gezondheidscommissie wist men geen gevallen aan
te wijzen. Een lid dier commissie, tevens geneesheer, moest
verklaren, dat hij in zijne veeljarige ambtelijke praktijk niet
één geval van loodwitvergiftiging had ontmoet, zelfs niet van
storing der lichaamsorganen als gevolg van het gebruik van
loodwit. Ook de beide leden-apothekers wisten uit hunne
praktijk geene gevallen aan te duiden.
Waar dus de schadelijkheid niet is gebleken, althans niet
in die mate, zooals dat in sommige andere vakken, b.v. bij
steenhouwers, wel het geval is, acht spreker het van den raad
en ook van de gezondheidscommissie wel wat voorbarig, om
vooruit te loopen op het rapport der loodwitcommissie en
in te grijpen in eene zoo technische kwestie.
Men kan de zaak van hieruit niet beoordeelen en daarom
mag men de gemeente-werken er niet aan wagen, aangezien
zinkwit later wel eens zou kunnen blijken onvoldoende en
weinig duurzaam te zijn. Spreker acht het pretentieus tegen
over andere en grootere gemeenten, die eerst het rapport der
loodwitcommissie willen afwachten, om nu reeds het gebruik
van loodwit voor binnenverfwerk te verbieden.
Zinkwit en loodwit zijn beide lang irf gebruik, doch meer
malen is gebleken, dat het zinkwit niet voor alle werk kan
gebezigd worden. Er zijn voorbeelden, dat het loodwit on
mogelijk kan vervangen worden, zooals b.v. bij de Amster-
damsche grachten. Ondanks het feit, dat het loodwit daar
wordt aangetast tengevolge van nadeelige invloeden, gaat men
toch door, die stof te gebruiken, omdat zinkwit voor dat doel
heelemaal niet deugt.
Het komt spreker derhalve voor, dat voor het prae-advies
geene andere motieven zijn aan te voeren dan om eenigszins
te voldoen aan den drang van de sociaal-technische vereeni-
ging. Om die reden is spreker er tegen. Wil men aan den
architect opdragen om vergelijkende proeven te nemen op
kleine schaal, daarmede kan spreker zich vereenigen. Door
nu reeds te bepalen, dat het loodwit voor binnenverfwerk niet