pL 323 24 October 1908. dagbladen over werkloosheid in Zwolle, flfai'»i«ilaijltolterdam, Doesburg en meer andere plaatsen. Vooral met het oog op de omstandigheid, dat in deze gemeente veel metaalindustrie bestaat, ligt het voor de hand, dat ook hier de werkloosheid dreigt en men de uiterste krachten zal moeten inspannen, om de vakarbei ders van het armbestuur terug te houden. Spreker pleit voor het Gentsche stelsel, dat ook in het rapport van Den Haag werd aangeprezen, ofschoon men het Noorsche stelsel heeft ingevoerd. De stad Antwerpen heeft dezer dagen fr. 100 000,gevoteerd tot bestrijding der werkloosheid, welk bedrag, zoo noodig, nog kan worden verhoogd. Hoe staat het hier ter stede met de werkloosheid vraagt spreker. De Bredasche bestuurdersbond heeft het vorig jaar eene telling gehouden, waarbij gebleken is, dat er 240 werkloozen waren, waarvan 160 te Breda woon achtig en 80 in de onmiddellijke omgeving. Bij 60 gezinnen bleek ondersteuning zeer hoog noodig. Thans is de werk loosheid zeker niet minder dan vorig jaar. De metaalbe werkers en ook de sigarenmakers lijden groote schade tengevolge van de algemeene malaise. Terugkomende op de wijze van ondersteuning geeft spreker de voorkeur aan het Gentsche stelsel en wijst erop, dat ook de heer Stülemeijer in het Centrum het steunen van de werkloozenverzekeringskassen als het beste middel heeft aangeprezen. In Nijmegen hebben burgemeester en wethouders eveneens voorgesteld het Gentsche stelsel in te voeren. Daar hebben de socialisten en de katholieken de zaak aangepakt. Spreker zegt, dat het niet aangaat, om hier de zaak maar aan den kapstok te hangen en dat hij het voorstel gedaan heeft, om zoo spoedig mogelijk overleg te kunnen plegen met de vakvereenigingen. De heer MEEUWESEN zegt, dat de heer Van den Brink het steeds voorstelt, alsof hij en zijne partijgenooten alléén

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1908 | | pagina 328