•»- 1 Februari 1908. 33 15. Toepassing van art. 22 der woningwet. 16. Idem van art. 2p der woningwet. De volgende woningen werden, op advies van de gezond- 'T~ heidscommissie alhier, onbewoonbaar verklaard, met bepaling van den tijd binnen welken zij moesten ontruimd zijn op drie maanden De woning Rozemarijnstraat, no. 22, bij raadsbesluit van 23 Maart 1907. De woning Rozemarijnstraat, no. 24, bij raadsbesluit van 23 Maart 1907. De woning Haagdijk, no. 105, bij raadsbesluit van 1 Juni 1907. De woning Akkerstraat, no. 37, bij raadsbesluit van 26 October 1907. I Aanleiding heeft niet bestaan tot toepassing van de verdere in rubriek III genoemde wetsartikelen. Onteigening. 17. Onteigening volgens art. 77 der onteigeningsweton derscheiden naar gelang art. jj, Ie> 2e> 3e °f 4e toege- past; met vermelding of de onteigening geschiedde ten name der gemeente of van vereenigmgenvennootschappen of stich tingen, krachtens raadsbesluit of krachtens koninklijk besluit. Het onteigeningsplan tot verbetering van het bouwblok, ingesloten tusschen de Oude Vest, de Keizerstraat en het Nonnenveld, werd goedgekeurd bij koninklijk besluit van 12 December 1906, no. 27. Hiervan is het gevolg geweest, dat, bij minnelijke schikking, 61 woningen in handen van de gemeente kwamen, terwijl op 10 woningen de onteigeningswet moest worden toegepast. Het doel is de woningen te sloopen en den vrijvallenden grond voor woningbouw te verkoopen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1908 | | pagina 33