28 October 1908.
379
„Over de wijze, waarop Van Thoor steeds de levering
„volbracht heeft, hoorden wij den heer commissaris van
„politie alhier, die de meest gunstige getuigenis daarvan
„aflegt, zooals blijkt uit diens hierbij overgelegd schrijven.
„Ook wij hebben nooit anders dan met de meeste te
vredenheid hooren gewagen van de prompte en eerlijke
„wijze, waarop Van Thoor, als aannemer, zich kweet van
„zijne verplichtingen.
„Dit voor oogen nemende, gepaard aan de overweging,
„dat de man zoo goedkoop levert als eenigszins mogelijk
„is en met het eigenaardige werk reeds zoo vele achter
eenvolgende jaren bekend is, meenen wij U te mogen
„voorstellen, hem de voorbedoelde levering, onder te stellen
„voorwaarden, onderhands op te dragen. De prijzen, voor
„welke door Van Thoor laatstelijk geleverd is, zijn
„uniformjas., ƒ21.98.
„winterjas 21,74.
„regenjas 19,48.
„laken broek7,48.
„linnen broek. 2,48."
De voorzitter vraagt, of de raad zich met dit voor
stel kan vereenigen.
De heer FR. SMITS heeft wel eenig bezwaar tegen de
bepaling, door den commissaris van politie gesteld, dat
het laken moet worden geleverd door de firma Gebrs.
Diepen. Spreker ziet daarin een brevet van onbekwaam
heid voor andere lakenfabrikanten en acht het bovendien
een gevaarlijk precedent.
De voorzitter antwoordt hierop, dat het laken reeds
jaren door de Gebrs. Diepen is geleverd en de ondervin
ding heeft bewezen, dat het deugdelijk is en in alle opzich
ten aan de eischen voldoet. Ook in Dordrecht en Utrecht
bestaat eene dergelijke bepaling. Bovendien blijven de
stoffen, zooals tot dusver is geschied, aan eene vooraf
gaande keuring van deskundigen onderworpen.