58 7 Maart 1908. Ofschoon die som hoog te noemen is, dient men zich echter de vraag te stellen, of de uitgave nuttig en noodzake lijk is. Spreker is er wel voor, dat naar verbetering daar ter plaatse wordt gestreefd. Er is een druk verkeer; er loopen twee trans in elkaar, zoodat er altijd eenig gevaar bestaat De aesthetica is voor spreker geen bezwaar. De zorg daar voor kan veilig worden overgelaten aan de architecten, die er wel iets op vinden zullen, dat het oog aangenaam zal aandoen. Er is echter een ander bezwaar. Naar spreker vernomen heeft, zouden er nog analoge ge vallen in het verschiet zijn, die eveneens groote offers zullen vorderen. Eene uitgaaf van f 2500,is voor de gemeente- financiën zeer zwaar, daar er geene inkomsten tegenover staan. Zij zal dus gevonden moeten worden door verhooging van belasting. Spreker vvenscht derhalve, dat de gemeente zich in de toe komst van dergelijke uitgaven zal onthouden, totdat de ge- meente-financiën in een beteren toestand verkeeren. De heer VAN KEPPEL is het eens met hetgeen door den heer Reigersman in het midden is gebracht. Bij eene gewone verbouwing wordt steeds de goedkeuring van burgemeester en wethouders vereischt. Dit bewijst, dat men in het algemeen zorgt voor den welstand. En waar men hier heeft een hoek van eene straat, van vele kanten zichtbaar, gaat het niet op om, ter wille van een stukje grond, den toestand te bederven en een misstand in het leven te roepen. Dat strijdt tegen de allereerste grondbeginselen van de aes thetica. Men maakt er een wangedrocht van. Spreker vreest bovendien, dat het overstekend gedeelte gevaar zal opleveren voor hen, die er onder doorloopen. Een voorsprong van 1 M. op de hoeken is niet gering. Dat is constructief niet goed te maken, zonder dat er andere steunsels onder geplaatst worden. Ook is de zaak niet urgent. De toestand heeft reeds zoolang geduurd, dat hij nog wel wat kan blijven voortduren. Het bovenhuis is op zich zelf reeds onaanzienlijk, en de toestand

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1908 | | pagina 58