62
7 Maart 1908.
f.
Vóór stemden de heeren Teychiné, Verschraage, Ingen-
Housz, Heijlaerts, Meeuwesen, Smits, De Bont, Bloemarts,
Rombouts, Scheltus, Staal, Sassen en Lijdsman.
Tegen waren de heeren Slechtriem, Van Keppel en Rei
gersman.
20. Ontwerp-verordening ter uitvoering van art. 4 sub 2
der wet van 2 Juni 1875 {Staatsblad n\ 95), luidende als
volgt
Artikel 1.
„Voor het oprichten, hebben of gebruiken van inrichtingen,
„bestemd tot het bewaren of verwerken van lompen of been
deren of hoornen, ofwel van lompen en beenderen en hoor-
„nen te zamen, wordt aangewezen het terrein nabij de gemeente-
„mestplaats en het terrein, gelegen aan de Lunetstraat, welke
„beide terreinen op de bij dit besluit behoorende kaart met
„eene roode kleur worden aangeduid.
Art. 2.
„Het is verboden, in deze gemeente elders dan op de in
„artikel 1 genoemde terreinen het bedrijf of de bedrijven uit
„te oefenen, waartoe de oprichting of het gebruik van een of
„meer der inrichtingen, in dat artikel genoemd, vereischt wordt.
Art. 3.
„Deze verordening treedt in werking op 1 April 1908 en
„geldt voor een tijdvak van twintig jaren.
„Met ingang van voormelden datum van 1 April 1908 ver-
„valt de bij raadsbesluit van 4 Mei 1907 vastgestelde veror
dening ter uitvoering van art. 4 sub 2 der wet van 2 Juni
„1875 {Staatsblad no. 95), Gemeenteblad 1907, n°. 150."
Bij deze verordening is gevoegd het advies van de gezond
heidscommissie voor deze gemeente, waaruit blijkt, dat tegen
de vaststelling daarvan geen bezwaar bestaat.
De voorzitter vraagt, of de raad zich met deze ont
werp-verordening kan vereenigen.