13 Maart 1909. 1Ó3 doch het doet hem genoegen, dat er reeds iets tot stand komt en daarom zal hij over die bezwaren heenstappen. Ook had spreker wel verwacht, dat in het bestek nog bepalingen zouden zijn opgenomen in het belang van den arbeider, b.v. omtrent minimum-loon en maximum-arbeids duur en ook in verband met het arbeidscontract, doch, wijl de vereeniging een humaan doel nastreeft, hoopt hij, dat daaraan nog zal worden tegemoet gekomen. Nog is door den heer Van Keppel aangevoerd, dat de urgentie voor den bouw van arbeiderswoningen door de gezondheidscommissie niet is verklaard, doch als men het rapport dier commissie in zake het ingesteld woningonder- zoek nagaat en waarin op den aanbouw van woningen wordt aangedrongen, blijkt daaruit wel degelijk, dat die aanbouw urgent is. Heenstappende over enkele kleine bezwaren, zal spreker derhalve stemmen voor het voorstel van burgemeester en wethouders. De heer J. M. INGENHOUSZ heeft met zeer veel ge noegen kennis genomen van het prae-advies van burge meester en wethouders, doch daarentegen met verbazing de bezwaren aangehoord, welke door den heer Van Keppel tegen het plan zijn ingebracht. Deze spreekt van een type, dat als voorbeeld zou moeten strekken bij het bouwen van andere arbeiderswoningen. Niets belet echter, om bij volgende gelegenheden een ander type te nemen. Men is niet aan een bepaald type gebonden. Waar de heer Van Keppel er de voorkeur aangeeft, oni de woningen twee aan twee te bouwen, vergeet hij echter hoe goedkoop de woningen moeten zijn om tegen een lagen prijs verhuurd te kunnen worden. Verder heeft de heer Van Keppel beweerd, dat er geen behoefte aan arbeiderswoningen zou bestaan. Spreker wil hierbij herinneren aan het rapport over het woning-onder zoek en aan de omstandigheid, dat reeds tal van woningen zijn afgekeurd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1909 | | pagina 103