13 Maart 1C09. 115
Ten aanzien van de notulen deelt spreker mede, dat vóór
de komst van den heer Van den Brink in deze vergadering
slechts zelden opmerkingen omtrent de notulen werden
gemaakt. De met de samenstelling daarvan belaste ambte
naar mocht zelfs meermalen loftuitingen daarover ontvangen.
De notulen behoeven niet zoo uitvoerig te zijn. Zij moeten
eenc handleiding zijn voor het toekomstig geslacht, om te
kunnen nagaan, wat er zooal in den raad is behandeld.
Nu kunnen er zich gevallen voordoen, dat er vergissingen
in de notulen voorkomen en dan is het geen bezwaar, dat
ze gewijzigd worden. Maar dat komt hier zelden voor. Een
feit is het, dat de notulen van de raadsvergaderingen
alhier zeker niet ten achteren staan bij die van andere
gemeenten, waar zij evenmin stenografisch gehouden worden.
Het maken van stenografische verslagen zou bovendien
eene jaarlijksche uitgaaf vorderen van f 400,
Nu is het misschien wel mogelijk, dat, ook zonder die
uitgaaf, een andere uitweg in de naaste toekomst gevonden
wordt. De ambtenaar, die thans de notulen maakt, bezit
een diploma voor stenografie. Thans is ook een tijdelijk
ambtenaar alhier werkzaam, die zich eveneens op de studie
daarvan toelegt. Mogelijk zou men in de toekomst hiervan
partij kunnen trekken.
De heer VAN DEN BRINK dankt voor de verstrekte
inlichtingen. Spreker meent, dat eene verordening op de
dikte van het ijs wel te handhaven zou zijn.
Wat de notulen betreft, wijst spreker erop, dat men
binnenkort een geheel ander politiek leven krijgt. De
sociaal-democratische leden moeten zich tegenover de
kiezers kunnen verantwoorden. En dat is ook voor de
andere partijen gewenscht. Daarom zag spreker gaarne
een stenografisch verslag. Intusschen verheugt hij zich
reeds over de medcdeeling dienaangaande door den voor
zitter gedaan.
De heer SASSEN vraagt, of niet belet kan worden op
het ijs te gaan.