u
238 4 Juni 1909.
3. Door den voorzitter wordt verslag uitgebracht
van de op 24 Mei j.l. gehouden openbare verpachting van
het grasgewas dfezer gemeente, verdeeld in 5 kavels.
Zijnde de opbrengst dezer verpachting te zamen
ƒ42,-.
Welke mededeeling voor kennisgeving wordt
aangenomen.
4. De heer LIJDSMAN, alsnu het woord gevraagd en
verkregen hebbende, wijst erop, dat het vorig jaar in de
vergadering van 7 Maart door den heer Meeuwesen reeds
gevraagd is, hoe 't stond met de behandeling der concessie
aanvrage voor de electrische tram. Spreker herhaalt die
vraag en meent, dat het voor de bestaande maatschappijen
van groot belang is, dat dienaangaande cenc beslissing
wordt genomen.
De voorzitter antwoordt hierop, dat zich inmiddels
weer nieuwe gezichtspunten hebben voorgedaan, o.a. de
overname van den weg, genaamd „de Baronielaan", doch
dat de zaak thans spoedig aan de orde zal komen.
5. De heer MEEUWESEN wenscht een paar inlichtingen
te ontvangen met betrekking tot de openbare meisjesschool,
waaromtrent hij gaarne in de eerstvolgende vergadering
zou worden ingelicht, n.l.
1°. Beantwoorden de lokalen dier school aan de eischen
voor eene hygiënisch ingerichte school? en 2'. Zijn de
leerkrachten voldoende en zoo doelmatig verdeeld, dat aan
het onderwijs, door de vorming van te groote klassen,
geen schade wordt toegebracht?
De voorzitter verzoekt den heer Meeuwesen die
vragen op schrift te willen brengen en zegt, dat hij daarop
in de eerstvolgende vergadering zal antwoorden.