30 Januari 1909. '25 De heer MEEUWESEN is het eens met den heer Van Keppel, dat de bepaling al te belemmerend is voor handel en nijverheid, ofschoon hij ook wel iets gevoelt voor de argumenten van den voorzitter. Wat echter het zwaarste is, moet het zwaarste wegen en daarom ondersteunt spreker het voorstel van den heer Van Keppel. De heer SASSEN voelt ook wel iets voor het bezwaar van den heer Van Keppel, maar acht eene betere redactie niet mogelijk. Het woord „vervoeren" sluit reeds alles in zich, dus ook het doorvoeren. Van verschillende zijden wordt nog gewezen op de preventieve werking der veror dening. Spreker is het daarmede niet eens. Waar eene verordening is, moet die ook toegepast worden en is er dus wel degelijk gevaar voor bekeuring en straf. De ge meente betaalt dan ook f 2000,voor de keuringen. Overigens wil spreker wel eene andere redactie steunen, wanneer daardoor aan het bezwaar van den heer Van Keppel kon worden tegemoet gekomen. De voorzitter is het er mede eens, dat redactie wijziging zeer moeielijk is. Dat gaat zoo maar niet ter loops. Schrapt men het woord „doorvoeren", dan zal voortaan iedere slagers- of bakkersjongen kunnen zeggen, dat hij aan 't doorvoeren is en zoodoende de verordening kunnen ontduiken. De heer ROMBOUTS stelt zich bij de samenstelling van elke politie-verordcning voor, dat men die verordening niet te streng kan maken. Maar de uitvoering ervan is iets anders. Dan dient men met beleid te handelen. Bij de toepassing moet men echter de zekerheid bezitten, dat men voor geene lacunes komt te staan. De omschrijving moet duidelijk zijn en zoodanig, dat men zonder bezwaar in staat is, de onwilligen bij de ooren te kunnen vatten. Gaat men nu de verordening wijzigen in den geest van den heer Van Keppel, dan worden hare bepalingen te zeer verzwakt.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1909 | | pagina 25