7 Augustus 1909.
291
Bedoeld ontwerp-besluit luidt als volgt
,.De raad der gemeente Breda;
„Gezien zijn besluit van 10 Juli 1909 betreffende de
„toelating van leerlingen op de ambachtsschool, welke
„wonen buiten de gemeente
„Gelet op art. 4 van het besluit der staten van Noord-
Brabant van 28 Januari 1907 /Provinciaal blad n°. 36);
„Besluit:
„met ingang van 1 Januari 1910 leerlingen uit andere
„gemeenten op de ambachtsschool alleen toe te laten onder
„voorwaarde, dat de leerling voor zijne toelating aan den
„directeur der school overlegt eene verklaring van het
„bestuur zijner woonplaats, houdende
dat dit tegen de toelating geen bezwaar heeft en
„aan de gemeente Breda, onverminderd het door de
„ouders, voogden of verzorgers verschuldigd school
geld gelijk aan dat voor leerlingen uit Bredazal
„betalen een bedrag van ƒ15,over elk jaar, waarin
„de leerling op 1 Juli aan de school is ingeschreven;
dat dit gemeentebestuur zich verbindt de sub a
„bedoelde bijdrage te voldoen binnen eene maand
„na ontvangst eener nominatieve opgave van leer
lingen, welke uit zijne gemeente op de bij dit
„besluit bepaalde wijze tot de ambachtsschool zijn
„toegelaten en op 1 Juli van het jaar aan die school
„waren ingeschreven.
„Aldus vastgesteld door den raad der gemeente Breda
„in zijne openbare vergadering van 7 Augustus 1909".
De voorzitter vraagt, of de raad zich met dit
ontwerp-besluit kan vereenigen.
De heer A. F. SMITS vraagt, of de Bredasche leerlingen
nu voortaan ook ƒ15,— per jaar schoolgeld zullen moeten
betalen.