7 September 1909. 313 5. Adres van B. Pierik, concierge van het gemeente ziekenhuis alhier, daarbij verzoekende zijn pensioens-grond- slag nader te willen vaststellen op 650, De voorzitter stelt voor, dit adres te stellen in handen van burgemeester en wethouders om prae-advies. Waartoe besloten wordt. G. Adres van den Brcdaschcn Bestuurdersbond, d.d. 10 Augustus 1909, verzoekende de totstandkoming eener goede gemeentelijke bad- en zweminrichting te willen bespoedigen. De voorzitter stelt voor, dit adres eveneens te verzenden aan burgemeester en wethouders om prae-advies. De heer VAN DEN BRINK wijst erop, dat reeds bij de behandeling der gemeente-begrooting voor 1909 eene commissie in het leven werd geroepen, om deze zaak te onderzoeken en daarover rapport uit te brengen. Als men nu in aanmerking neemt, dat van particuliere zijde nog al het een en ander wordt verricht met betrekking tot deze zaak, dan blijkt daaruit, dat er in deze gemeente wel behoefte bestaat aan eene goede stedelijke bad- en zwem inrichting. Spreker vraagt daarom, of bij burgemeester en wethouders al iets bekend is van hetgeen door de com missie in deze reeds is verricht. De voorzitter antwoordt hierop, dat hij dienaan gaande geene inlichtingen kan verstrekken. De heer VAN KEPPEL, lid der betrokken commissie, zegt, dat de commissie nog steeds zoekende is naar eene geschikte gelegenheid en verzoekt den raad de commissie diligent te willen verklaren. De voorzitter zegt, dat hiertegen bij den raad wel geen bezwaar zal bestaan.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1909 | | pagina 313