30 Januari 1909. 37 „5 daarvan door ouderdom ongeschikt tot werken zijn. „5 daarvan het geheele jaar door als los werkman nu en „dan arbeid verrichten als havensjouwer enz. „5 daarvan door drankmisbruik werkloos zijn. „2 daarvan zijn gepensionneerd. „17 daarvan tijdens het onderzoek werkzaam waren. „2 daarvan door staken buiten werk zijn. „2 daarvan hoogstens zes maanden alhier waren. „i daarvan door eigen schuld (ontslag) werkloos waren. „83 alzoo te zamen, die niet voor steun in aanmerking „zouden kunnen komen, zoodat er overblijven 30, die steun „behoeven, waarbij vier, die kostwinner zijn van het gezin „waartoe zij behooren. „Wij achten de particuliere liefdadigheid nog volkomen „bij machte cn ook wel bereid om door werkverschaffing „en giften in de aan den dag getreden behoefte als „gevolg van werkloosheid naar behooren te voorzien. „En wij onderschrijven nog geheel de meening van hen, „die van oordeel zijn, dat de particuliere liefdadigheid „hier moet voorgaan. „Tegen eiken maatregel van gemeentewege op dit „gebied kunnen verschillende bezwaren worden geopperd „en de geringe ondervinding met gemeentelijke werkloozen- ondersteuning maant tot voorzichtigheid, daar iedere „schrede op dien weg nog vrijwel een stap in het duis- „ter is. „Onbesproken gelooven wij te kunnen laten punt 3 van „het verzoek. „Wij mogen U daarom, zoolang de gevolgen van werk loosheid zich in onze gemeente niet in heviger mate „doen gevoelen, niet aanraden maatregelen tot directe „bestrijding daarvan te nemen en geven U in overweging „op het thans gedaan verzoek in zijn geheel afwijzend te „beschikken". De voorzitter stelt deze zaak aan de orde.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1909 | | pagina 37