6 November 1009.
407
op de verbeteringen, wat ze kosten en of ze steunen op
de financieele draagkracht der ingezetenen.
Gaat men intusschen de begrooting na en de memorie
van beantwoording van burgemeester en wethouders, dan
blijkt daaruit, dat de dienst 1908, wat de gewone ontvangsten
en uitgaven betreft, een batig slot heeft opgeleverd van
ruim 48000,terwijl het nadeelig saldo van dat dienst
jaar bedraagt ruim 49 000,--, maakt samen ongeveer
100 000,welke aan buitengewone werken zijn besteed.
Om een en ander te dekken, alsmede om in de buitenge
wone uitgaven 1909 en 1910 te voorzien, is op deze be
grooting eene leeningssom uitgetrokken van 300 000,
Op 37 000,na zullen de gemaakte schulden over de
laatste 3 jaren 3 ton bedragen. Daarbij zal het echter niet
blijven. Men denke slechts aan de uitgaaf voor het Wilhel-
minakanaal en de kosten van uitbreiding der gasfabriek.
Nu is het waar, dat zulke uitgaven door inkomsten worden
gedekt, doch voor iedere uitbreiding mag nog niet worden
geleend. Ook dient rekening te worden gehouden, in hoever
de uitgaven voor uitbreiding verband houden met eene
meerdere opbrengst. De gasfabriek zal binnenkort weer
eene uitbreiding moeten ondergaan, welke eene uitgaaf zal
vorderen van 50 000,a f 80 000,—. In 1903 kostte de
uitbreiding 200 000, -In 1902, alzoo vóór de uitbreiding,
bedroeg de gasproductie 3 000 000 M3.thans bedraagt ze
3 800 000 M3.
Spreker meent derhalve, dat bij de uitbreiding in 1903
niet voldoende rekening is gehouden met de capaciteits-
vergrooting.
Ook de draagkracht der gemeente is niet groot. De
buitengewone inkomsten zijn slechts geraamd op 3,
De gemeente beschikt niet over eigendommen. Wanneer
men, zooals in het Dagblad van Noord-Brabant is aange
geven, verschillende andere plaatsen met Breda gaat ver
gelijken, dan zien we ook wel groote schuldenlasten, doch
daartegenover staat, dat vele andere plaatsen een grootere
draagkracht hebben dan Breda. De gemeente Schiedam o.a.