6 November 1909. De klachten wegens overlast zijn eerst later tot uiting gekomen, toen de tent eene andere plaats gekregen had. Wat het Stationsplein betreft, ook daar is door een belang hebbende indertijd gevraagd, om de tent te verwijderen. De heer TEYCHINÉ zegt, dat de tent op het Stations plein door bijzondere omstandigheden is verwijderd. Er was toen één belanghebbende, die er over klaagde, doch daarover later veel spijt gevoelde. De heer MEEUWESEN erkent, dat het niet gemakkelijk is, om het allen naar den zin te maken. De tegenwoordige tent is niet verplaatsbaar te maken en wijl de Markt de aangewezen plaats is, om muziek te maken, wil spreker de oude plaats behouden. De voorzitter wijst erop, dat de klachten van de marktbewoners wegens overlast bij muziekuitvoeringen ontelbaar zijn. De op de begrooting uitgetrokken post tot aanschaffing van eene verplaatsbare muziektent, wordt alsnu in stem ming gebracht, doch verworpen met 13 tegen 5 stemmen. Tegen stemden de hceren Bloemarts, De Bont, Slecht- riem, Staal, Van Keppel, Sassen, Lijdsman, Reigersman, Teychiné, Meeuwesen, Fr. Smits, A. F. Smits en J. M. IngenHousz. Vóór waren de heeren Van den Brink, mr. W. Ingen Housz, Scheltus, Rombouts en Bom. De heer HEIJLAERTS was bij deze stemming afwezig. Het betrokken artikel wordt daarna goedgekeurd. AFDEELING III. Hoofdstuk III, artikel 7, volgnummer 139. Kosten van de, exploitatie der gemeente-gasfabriek. „De traktementen van directeur, boekhouder en opzich ter geven aanleiding tot de bemerking, dat deze trakte-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1909 | | pagina 428