11 December 1909. Tegenwoordig de heeren mr. P. M. J. E. BLOEMARTS, P. A. F. DE BONT, J. A. H. VAN DEN BRINK, W. J. SLECHTRIEM, J. R. baron VAN KEPPEL, H. A. SASSEN, J. LIJDSMAN, J. M. INGENHOUSZ, mr. W. INGENHOUSZ, A. P. SCHELTUS, W. G. H. ROMBOUTS, jhr. mr. A. REIGERSMAN, J. J. L. TEYCHINÉ, A. J. A. VER- SCHRAAGE, A. A. A. MEEUWESEN, F. A. M. J. SMITS, F. J. M. HEIJLAERTS, A. F. SMITS en A. C. BOM. Afwezig de heeren J. A. J. W. VAN HAL en L. J. STAAL. Voorzitter de heer mr. E. P. VAN LANSCHOT, burge meester. De voorzitter opent de vergadering en stelt voor, de vaststelling der notulen van het verhandelde in de ver gadering van 4 December j.l., welke nog niet gedrukt zijn, aan te houden tot eene volgende vergadering. Dienovereenkomstig wordt besloten. Aan de orde is A. 1. Stemming over het voorstel van burgemeester en wethouders in zake het adres van H. Vriens, om ont heffing van artikel 14 der bouwverordening en waarover in de vorige vergadering de stemmen hebben gestaakt. De heer A. F. SMITS vraagt, welke de gevolgen zullen zijn, nu gebleken is, dat ook de heer Klunne in strijd met de verordening heeft gebouwd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1909 | | pagina 487