82
13 Maart 1909.
de agenten van politie reeds beginnen met een aanvangs
salaris van f (525,Er zijn er wellicht enkelen onder,
die een salaris genieten van f 800,a f 900,Het
loon van de werklieden is over het algemeen echter zoo
gering, dat er geen bijdrage voor pensioen af kan. En
waarom zou men nu aan dien man geen toelage kunnen
geven, waar erkend wordt, dat het pensioen te gering is,
om behoorlijk van te leven Als indertijd op het voorstel
van den Roomsch-Katholieken Volksbond ware ingegaan,
dan zou hij nu toch een pensioen genieten van 240,
in plaats van f 183,
De heer BLOEMARTS heeft zich verbaasd over het be
toog van den heer Van den Brink, waar hij eerst verklaart,
het met spreker eens te zijn en later een aalmoes wil
geven. Spreker heeft indertijd beweerd, dat zoolang de
verordening er is, deze ook moet gehandhaafd blijven. Acht
men het pensioen te gering, dan dient men de verordening
te veranderen. Het verwondert spreker dan ook te moe
ten hooren, dat de heer Van den Brink, die altijd zoo
afgeeft op aalmoezen, thans een voorstel in dien zin doet.
In zijn eigen systeem toch ligt opgesloten, om eene wijzi
ging der verordening voor te stellen.
De heer VAN DEN BRINK antwoordt hierip, dat de op
merking van den heer Bloemarts juist zou zijn, als tot
basis eene behoorlijke pensioenregeling aanwezig was. Een
voorstel tot wijziging van de pensioenverordening, door
spreker te doen, zal toch wel niet worden aangenomen,
maar hij wil er toch over nadenken.
Waar de heer Bloemarts spreekt van eene fooi, vraagt
spreker of de toegekende gratificatie aan den commies
Wagenaar dan ook niet als eene fooi is te beschouwen?
En is de toelage, die de hoofdcommies Blaeser boven
zijn pensioen geniet, ook niet eene fooi? Dan zouden er
vele honoraria van deftige lieden eveneens fooien genoemd
kunnen worden. De pastoors zijn in dit opzicht ten minste