88
13 Maart 1900.
De heer DE BONT kan zich in sommige opzichten wel
vereenigen met het prae-advies van burgemeester en wet
houders, althans wat punt a en punt c betreft.
Niet echter is dit het geval met punt b, betreffende het
vervroegen der najaarskermis. Spreker had liever gezien,
dat de kermis, evenals vroeger, weer gehouden werd in
November.
Op de eerste plaats volgt de kermis te kort op die der
omliggende gemeenten, waardoor velen van de kermis weg
blijven. Dat is een groote schadepost voor vele kermis
reizigers en neringdoenden. En op de tweede plaats wordt
de maand October door de Katholieken bijzonder gevierd
door het houden van avond-godsdienstoefeningen, hetgeen
velen weerhoudt van de kermis te profiteeren. Ook daardoor
ondervinden de kermisreizigers groot nadeel. Met het oog
op de hooge prijzen, die velen voor hunne standplaatsen te
betalen hebben, zou spreker gaarne zien, dat de kermis
weer op het oude tijdstip, in November, gehouden wordt.
De heer VAN DEN BRINK heeft met genoegen het
prae-advies van burgemeester en wethouders gelezen en
was aanvankelijk eenigszins bevreesd, dat zij voor den
aandrang zouden zwichten en geen voet bij stuk zouden
houden.
Voor het moderne proletariaat beteekent de kermis niets.
Dit zoekt zijne ontspanning in het bezoeken van tentoon
stellingen van voorwerpen van kunst en in verkwikkende
lectuur.
Het doet spreker dan ook genoegen, dat de voorjaars-
kermis afgeschaft blijft en hij hoopt, dat het dagelijksch
bestuur er zich in de toekomst niet toe leenen zal, om de
kermis op eene andere wijze weer kunstmatig in het leven
terug te roepen.
De heer mr. W. INGENHOUSZ is het eens met burge
meester en wethouders, dat de proef nog te kort is, om
reeds nu tot den ouden toestand terug te kceren. De