u 106 iy2 April 1910. „De jaarlijksche kosten van den cursus zijn te becijferen „als volgt „Belooning van den directeurf '200, „Idem voor 30 lesuren a 60, per weke- „lijksch lesuur- 1 800, „Verlichting, verwarming en schoonhouden der „lokalen- 400, „Leermiddelen- 400, „Onvoorziene uitgaven- 200,— „Te zamen 3 000, „Daartegenover kunnen de volgende ontvangsten worden „geraamd „50 °/0 der kosten als subsidie van het rijk. 1 500, „Bijdrage der provincie- 100, „Schoolgeld gemiddeld a 9,per leerling voor „30 leerlingen- 270, „Te zamen 1 870, „zoodat een bedrag van f 1130,ten laste der gemeente „komt, een offer niet gaande boven hare draagkracht en „deze den ingezetenen bijzonder nuttige zaak alleszins waard. „Ter verkrijging van rijks- en provinciale subsidie voor „het jaar 1911 is het noodig, dat de aanvrage daartoe „worde verzonden vóór Mei e. k. „Wij hebben daarom de eer U voor te stellen in beginsel „te besluiten tot oprichting van een handelsavondcursus „overeenkomstig de hierin door ons ontwikkelde denk beelden onder voorwaarde, dat van rijk en provincie „daarvoor de gebruikelijke steun worde verkregen, waarna „wij U zoo tijdig alle noodige voorstellen tot regeling van „dit onderwijs zullen voordragen, dat met Janurri 1911 met „het geven daarvan een aanvang kan worden gemaakt." De voorzitter stelt deze zaak aan de orde. De heer A. F. SMITS gevoelt zich gedrongen een woord van lof te brengen aan burgemeester en wethouders voor de kloeke wijze, waarop door hen het adres der Hanze is

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1910 | | pagina 106