121
20 April 1910.
geldleening is te verstaan. Zooals ook uit de memorie van
toelichting blijkt, zullen de gelden slechts bij gedeelten
worden opgenomen, naar mate de behoefte daaraan zich
zal doen gevoelen. Neemt de raad het voorstel tot ver
bouwing van het stadhuis niet aan, dan wordt daarvoor
vanzelf geen geld opgenomen.
Zonder verdere bedenking wordt alsnu het be
trokken ontwerp-besluit goedgekeurd.
11. Adres van het uitvoerend bestuur van het concours-
hippique alhier, verzoekende voor het dit jaar te houden
concours eene geldelijke tegemoetkoming te verleenen.
Bij dit adres is gevoegd het volgend prae-advies van
burgemeester en wethouders
„In het hierbijgevoegd adres verzoekt het uitvoerend
„bestuur van het concours-hippique alhier, om tot bestrij
ding van de vele kosten, welke de dit jaar te houden
„wedstrijden zullen medebrengen, eene geldelijke tege
moetkoming van de gemeente te mogen ontvangen.
„Zooals bekend is en tevens in het adres is vermeld,
„zal dit jaar plaats hebben de verdediging van de „Bekers
„van Breda", gewonnen in de vier voorafgaande jaren, tot
„welk einde een groot internationaal concours-hippique
„zal gehouden worden, hetwelk drie dagen zal duren.
„Ongetwijfeld zal dit concours, hetwelk hier maar één
maal in de vijf jaar voorkomt, tal van vreemdelingen, ook
„buitenlanders, naar Breda trekken, zoodat verschillende
„neringdoenden daarvan de voordeelen zullen ondervinden.
„Terecht vestigt het uitvoerend bestuur er de aandacht
„op, dat de „Bekers van Breda" moeten verdedigd wor-
„den op eene voor Breda waardige wijze, en dat men zich
„beijveren moet, de vele buitenlandsche officieren en sport-
„men, welke in die dagen aan de wedstrijden zullen deel
nemen, op waardige wijze te ontvangen.
„Wijl een en ander ontegenzeggelijk met groote kosten
„zal gepaard gaan, hebben wij de eer U voor te stellen,