22 Januari 1910. 13 „In dien toestand is door de vermeerdering van het korps „met 5 agenten, hoofdzakelijk tot stand gebracht om het „aantal vrije dagen van één per maand te brengen op twee „per maand en den post aan het station te bezetten, in „latere jaren weinig of geen verandering gekomenwel „is de dienst der politie door invoering van tal van nieuwe „wetten en verordeningen belangrijk uitgebreid. „De groote fout zit hierin, dat men in 1881, in welk „jaar het aantal agenten reeds 25 bedroeg, niet voldoende „rekening heeft gehouden met de uitbreiding der gemeente „en verzuimd heeft, al naar de behoefte zich voordeed, het „korps uit te breiden. „Daarop heb ik reeds gewezen in een zeer uitvoerig en „gemotiveerd rapport, dat ik in het najaar van 1896 den „toenmaligen burgemeester heb aangeboden. „Zooals reeds gemeld, is de gemeente in 1897 verdeeld „in 8 politiewijken. „Om 8 politiewijken dag en nacht onafgebroken besur- „veilleerd te hebben, moet men beschikken over 24 agenten „van politie, d. i. 12 voor den dag- en 12 voor den nacht dienst, gerekend op twee uren surveillancedienst, tegen „één uur rust voor iederen politie-agent. „Er blijven dus bij het tegenwoordige getal 8 agenten „van politie over. „Daar van gaan af3 agenten post Statipn, 1 agent „bureaudienst (ordonnance), 1 agent Valkenberg, 2 agenten „vrij van dienst de agenten hebben nu cén vrijen dag in „de 16 dagen, 2 agenten ziek (gerekend het gemiddeld „aantal), 1 agent verlof. „Zooals men ziet, komt men aan het getal 8 reeds 2 te „kort, en dit te kort moet dan gevonden worden door „of een wijk niet te laten besurveilleeren bf wel den post „Station met een of twee agenten te verminderen. „Wat het aantal zieken betreft, merk ik op, dat een vast „cijfer daarvoor niet is aan te geven. „Nu eens verloopen er weken, dat er geen zieken zijn, „dan weer, en vooral is dit het geval in het najaar en

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1910 | | pagina 13