21 Mei 1910.
„Majesteit de Koningin met betrekking tot dezen onder-
„handschen aankoop vrijstelling te verkrijgen van het ver-
„bod, vervat in artikel 1500 van het burgerlijk wetboek".
De voorzitter stelt voor, tot deze overdracht te
besluiten onder groote dankbaarheid aan den heer Ingen-
Housz voor het door hem gedaan aanbod.
De gemeente Breda, is, volgens de gevallen koninklijke
beslissing, verplicht den eigendom van de Baronielaan aan
anderen over te doen, doch men distilleere hieruit niet,
dat aan de gemeente alle recht is ontnomen. Er blijft nog
altijd over het aangaan eener civiele procedure. Koninklijke
beslissingen vermogen veel, maar de rechterlijke macht
hebben zij tot heden intact gelaten. Dat neemt intusscben
niet weg, dat de raad thans het aanbod met groote dank
baarheid kan aanvaarden.
Tot stemming overgegaan zijnde, wordt het
voorstel, overeenkomstig het overgelegde ontwerp
besluit, met algemeene stemmen aangenomen.
20. Schrijven van burgemeester en wethouders, daarbij
- - naar aanleiding van de nota van aanmerkingen, bij gede
puteerde staten dezer provincie gevallen op de begrooting
dezer gemeente voor het dienstjaar 1910, en in verband
met het koninklijk besluit van 29 April j.l., n°. '35, waarbij
ongegrond is verklaard het door den gemeenteraad inge
steld beroep tegen de beslissing van gedeputeerde staten
voornoemd, houdende vaststelling der gemeente-rekening
over het dienstjaar 1908 voorstellende aan de hiervoor
bedoelde bedenkingen tegemoet te komen en mitsdien de
begrooting voor 1910 te wijzigen als volgt:
hoofdstuk VI, artikel lc der ontvangsten (opbrengst van
geldleeningen), te verminderen met f 25 000, - en eveneens
te verminderen met dat bedrag hoofdstuk VII, artikel 1
der uitgaven (nadeelig slot der vastgestelde en gesloten
rekening over het dienstjaar 1908).
Zonder bedenking wordt gemeld voorstel goed
gekeurd.