18 Juni 1910. Niemand der leden hiertegen eenige bedenking hebbende, wordt besloten aan C. de Kanter voor noemd in eigendom af te staan ongeveer 4 centi aren grond, gelegen binnen de rooilijn aan den Beijerd en deel uitmakende van het perceel, ka dastraal bekend sectie B, n°. 5731, in ruil voor ongeveer 2 centiaren grond, gelegen aan de Bosch straat cn deel uitmakende van het perceel, kadas traal bekend sectie B, n°. 5190, geschiedende deze ruiling zonder eenige toegift cn verder onder de navolgende voorwaarden a. dat binnen een jaar na de onderteekening van de op te maken akte op den overgedragen gemeentegrond in vereeniging met het perceel sectie B, n°. 5190, een gebouw moet worden ge sticht, waarvan de afsluitmuren onder het dak geene mindere hoogte mogen hebben dan 8 M. boven de kruin van den weg en de gevels aan de straatzijde op de nieuwe rooilijn worden geplaatst; b. dat de teekening van het te stichten gebouw, behalve ingevolge de bepalingen der bouwveror dening, ook uit een aesthetisch oogpunt aan de goedkeuring van burgemeester en wethouders moet worden onderworpen c. dat in het te stichten gebouw geen bierhuis of eene inrichting, als bedoeld bij art. 2 der wet van 2 Juni 1875 Staatsblad n°. 95), zooals die later is gewijzigd, mag worden opgericht; en cl. dat de kosten, vallende op de op te maken akte, komen ten laste van adressant. 22. Voorstel van burgemeester en wethouders tot aan koop van een strookje grond aan den Wilhelminasingel, luidende als volgt: „Bij raadsbesluit van 28 September 1907 werd eene „nieuwe rooilijn vastgesteld aan den Wilhelminasingel, ten „gevolge waarvan eene strook grond over de geheele lengte

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1910 | | pagina 190