18 Juni 191
191
,tot op de grenslijn is aangewezen als deel uitmakende van
,den openbaren weg.
„Een gedeelte van de aan dien singel gelegen en aan
,den Staat behoorende gronden was echter reeds te voren
,bij pubieke veiling tot op de oude grenslijn aan particu
lieren verkocht.
„In het hierbij gevoegd schrijven verklaart de heer S.
,W. van der Noordaa, eigenaar van het aldaar gelegen
perceel sectie B, n\ 8594, zich bereid, de strook grond,
gelegen tusschen de oude grenslijn en de nieuwe rooilijn,
,ter grootte van ongeveer 90 M3., aan de gemeente in
,koop af te staan voor de som van 3,per M2.
„Bij uwe besluiten van 26 October 1907, 8 Augustus en
.28 November 1908 werden grondstukjes daar ter plaatse,
onder dezelfde omstandigheden verkeerende als het onder-
,werpelijke, aangekocht tegen denzelfdcn prijs als thans
gevraagd wordt.
„Ten einde ter plaatse eene afdoende regeling van den
toestand, in verband met de vastgestelde rooilijn, te ver
krijgen, is aankoop van het aangeboden stukje grond
onvermijdelijk.
„Wij hebben de eer U mitsdien voor te stellen van den
,heer S. W. van der Noord aa voornoemd aan te koopen
,een gedeelte van het perceel grond, kadastraal bekend
gemeente Breda, sectie B, n°. 8594, groot ongeveer 90
centiaren, met roode argure op bijgaande schetsteekening
aangeduid, voor de som van f 270, behalve de kosten
,op de overdracht en de levering vallende, welke mede
zullen komen ten laste dezer gemeente."
De voorzitter vraagt, of de raad zich met dit voor
stel kan vereenigen.
De heer VAN HULTEN vraagt, of de gronden langs den
Wilhelminasingel heelemaal verkocht zijn, ofwel nog het
eigendom zijn van het Rijk.
