23 Juli 1910.
209
b. in dato 30 Juni 1910, G, n°. 168, houdende goedkeu
ring van het raadsbesluit van 18 Juni j.l. tot het
aangaan eener ruiling van grond met C. de Kanter;
c. in dato 5 Juli 1910, G, n". 114, houdende goedkeu
ring van het raadsbesluit van 18 Juni j.l. tot onder-
handsche verhuring aan jhr. C. C. Six van het koets
huis, gelegen achter het pand „Het Liggend Hert";
d. in dato 12 Juli 1910, G, n°. 63, houdende goedkeuring
van het raadsbesluit van 18 Juni j.l. tot wijziging der
gemeente-begrooting voor het dienstjaar 1910, door
verhooging van hoofdstuk VI, art. Ie der ontvang
sten (opbrengst van geldleeningen), met f 300,—
en verhooging van hoofdstuk III, art. 6 (aankoop van
grond aan den Wilhelminasingel), met gelijk bedrag.
8. Proces-verbaal van de op 28 Juni j.l. gedane kasop-
neming bij den gemeente-ontvanger, waaruit blijkt, dat de
boeken regelmatig zijn bijgehouden en het onderzoek der
registers en bescheiden tot geene opmerkingen heeft aan
leiding gegeven, terwijl de ontvangsten hebben bedragen
over 1909 1 059889,04 en over 1910 f 355 584,87, samen
f 1415473,91, en de uitgaven over 1909 f 1 021904,53
en over 1910 f 292 340,395, maakt met het nadeelig slot
over 1908 ad f 24 122,975, samen 1 338 447,90, zoodat
derhalve in kas moest zijn 77 026,01.
Ten kantore van den ontvanger is aanwezig bevonden
een bedrag van 49132,76, makende met het saldo, bij
de Amsterdamsche Bank aanwezig ter betaling van coupons
en uitgelote obligation, ad 2893,25, samen f 52 026,01
zijnde 25 000,minder dan het bedrag, hetwelk in kas
behoorde te zijn. Dit tekort van f 25 000,is een gevolg
van het besluit van gedeputeerde staten van 31 December
1909, G, n°. 363, gehandhaafd bij koninklijk besluit van
29 April 1910, n°. 35, waarbij de uitgaaf van f 25 000,
voor aankoop van de Baronielaan als onrechtmatig uit de
rekening der gemeente over het dienstjaar 1908 is geweerd
en waarbij voorts het nadeelig saldo dier rekening niet op
