22 Januari 1910.
21
maximum verhooging van 6 agenten lü klasse a ƒ100,
„is 600,
„Kleedinggelden voor den adjunct-inspecteur, dien ik in
„uniform wenschte te steken, 150,per jaar, vermeerderd
„met 13 maal 70,voor een hoofdagent en 12 agenten
„is 1060,
„Totale vermeerdering van periodieke uitgaven ƒ12160,
„Ten einde overeenkomstig uwe opdracht deze uitbrei
ding geleidelijk te doen plaats hebben, zoodat zij geheel
„tot stand gekomen is in 1912, meen ik het navolgende te
„moeten voorstellen.
„Op '1 Januari 1910 wordt overgegaan tot aanstelling
„van den adjunct-inspecteur, den zesden hoofdagent en
„drie agenten van politie 2° klasse.
„Bovendien het aantal agenten 1° klasse te brengen op 12.
„De uitgaven hiervan zijn
„adjunct-inspecteur1 000,
„hoofdagent- 825,
„3 agenten 2° klasse- 1 875,
„uitbreiding tot 12 agenten 1° klasse - 50,
„kleeding- 450,—
„Totaal. 4200,
„Voor dit jaar bovendien aan te schaffen twee rijwielen,
„kosten 200,—, ten einde twee der drie aan te stellen
„agenten daarop te laten surveilleeren, speciaal in de buiten-
wijken, waar thans weinig of geen toezicht is.
„Op 1 Januari 1911 wordt overgegaan tot aanstelling
„van 5 agenten van politie 2a klasse.
„Bovendien het aantal agenten 1° klasse te brengen op 14.
„Uitgaven
„5 agenten 2e klasse3 125,
„uitbreiding tot 14 agenten lu klasse - 50,
„kleeding- 350,—
„Totaal. 3 525,
„Op 1 Januari 1912 wordt het getal voltallig gemaakt,
„door uitbreiding met 4 agenten 2e klasse en het getal
„1° klasse te brengen op 16.
