264
12 Augustus 1910.
de haver aan De Ruijter-Burgdorffer Co. te
Breda, voor f 7,21 per 100 K.G.;
het hooi aan M. van Hooijdonk te Ulvenhoutvoor
25,80 per 1000 K.G.
het ligstroo aan M. van Hooijdonk te Ulvenhout,
voor f 21,80 per 1000 K.G.
Al deze mededeelitigen worden voor kennisge
ving aangenomen.
3. De heer VAN DEN BRINK, alsnu het woord gevraagd
en verkregen hebbende, wijst erop, dat sinds October
1906 bij den raad aanhangig is een adres van den Neder-
landschen bond van gemeente-werklieden, waarin wordt
aangedrongen op de invoering van een werklieden-regle
ment. In Juni 1908 deelde de voorzitter mede, dat reeds
een ontwerp in circulatie was gesteld bij burgemeester
en wethouders. Spreker wijst op het belang, dat bij de
totstandhouding van zoo'n reglement voor de werklieden
betrokken is, wien het te doen is om eene vaste aanstel
ling en de regeling hunner rechtspositie, en vraagt, wanneer
dat ontwerp nu eindelijk eens den raad zal bereiken.
De voorzitter antwoordt hierop, dat burgemeester
en wethouders in deze diligent blijven, doch dat verschil
lende omstandigheden belemmerend werken, o.a. de kwestie
van eigen beheer of aanbesteding van gemeentewerken en
thans weer de vacature van den directeur der gasfabriek.
Bovendien zijn burgemeester en wethouders overladen met
werk. De zaak blijft echter in onderzoek.
4. De heer VAN HULTEN, alsnu het woord gevraagd
en verkregen hebbende, wijst erop, dat hem dezer dagen
uit het ontvangen aanslagbiljet van den hoofdelijken om
slag is gebleken, dat het percentage 3 bedraagt. Spreker
meent, dat volgens de verordening het percentage door
den raad moet worden vastgesteld en vraagt, of hieruit
geen moeielijkheden voor de gemeente kunnen voortvloeien.