3 September 1910. 303 Bij dit prae-advies is gevoegd het advies van de ge zondheidscommissie, alsmede een ontwerp-besluit, bevat tende de voorwaarden, welke burgemeester en wethouders aan de eventueel te verleenen ontheffing wenschen te verbinden. Niemand der leden hiertegen eenige bedenking te kennen gevende, wordt besloten de gevraagde ontheffing te verleenen onder de volgende voor waarden a. dat het herbouwen moet geschieden op de plaats en op de wijze als de overgelegde teeke- ning aangeeft, evenwel met deze wijzigingdat de hoogte wordt verminderd tot 3,25 M. b. dat bedoelde werkplaats niet tot woning mag worden ingericht of voor woning worden gebruikt c. dat op genoemd perceel verder niet meer mag worden gebouwd cl. dat de toegestane uitzondering vervalt als de grenzen van het perceel verandering onder gaan en e. dat ter voldoening aan art. 5 der woningwet eene teekening in dubbel, ingericht volgens art. 99 der bouwverordening, aan burgemeester en wet houders moet worden aangeboden. 12. Brieven van mej. M. J. van den Berg en J. B. M. van den Heuvel, daarbij aannemende hare benoemingen tot onderwijzeres in de nuttige handwerken voor meisjes, respectievelijk aan de kostelooze scholen voor lager onder wijs aan de Kloosterlaan en aan de Middellaan. De voorzitter stelt voor, deze brieven voor kennis geving aan te nemen. Waartoe besloten wordt. 13. Besluiten van de gedeputeerde staten van Noord- Brabant, d.d. 30 Augustus 1910, nos. 60, 61 en 62, houdende

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1910 | | pagina 303