17 September 1910. 327 In art. 2a en b in plaats van minder dan 30 meter" te lezen „30 meier of minder". De 5d0 zinsnede van art. 4 te doen vervallen en daar voor in de plaats te stellen de 2,le zinsnede van art. 3 der invorderingsverordening, luidende „Voor tonnen afgeschaft vóór 1 Juli of aangeschaft na „i Juli wordt slechts de helft van het recht voor een vol jaar „berekend". De artikelen 11 en 12 te laten vervallen. In plaats van art. 13 te lezen artikel li. De 2'° zinsnede van art. 3 der invorderingsverordening te laten vervallen, als zijnde overgebracht in de heffings verordening. De voorzitter vraagt, of de raad zich met de voor gestelde wijzigingen, welke slechts van ondergeschikt belang zijn, kan vereenigen, Niemand der leden hiertegen eenige bedenking te kennen gevende, wordt dienovereenkomstig besloten. 17. Adressen van A. J. Snijders en H. van Bavf.l te Bredaverzoekende wederinhuur van een stukje grond van de gedempte Oude Vest, gelegen achter hunne panden aan den Beijerd. 18. Adres van G. van der Plas, controleur bij de visch- markt alhier, verzoekende zijne jaarwedde te willen ver- hoogen. 19. Adres van C. Kock-Langenhof te Breda, verzoe kende ontheffing van art. -14 der bouwverordening voor deze gemeente, met betrekking tot het bouwen eener slachtplaats op het perceel aan den Haagdijk n°. 261, kadastraal bekend sectie A, n°. 3444. 20. Adres van J. H. Wehrmeijer te Princenhage, verzoe kende ontheffing van art. 14 der bouwverordening voor

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1910 | | pagina 327