328
<s*-
17 September 1910
deze gemeente, met betrekking tot het bouwen van twee
beneden- en twee bovenwoningen op een perceel grond
aan den Tramsingel, kadastraal bekend sectie A, n°. 5G9G.
De voorzitter stelt voor, al deze adressen te stel
len in handen van burgemeester en wethouders om prae-
advies.
Waartoe besloten wordt.
21. De voorzitter stelt alsnu, namens burgemeester
en wethouders, voor, om het pleintje, gelegen tusschen
den Haagweg, de Beekstraat, het Dijkje en den Tramsin
gel te noemen „Frans Heijlaertsplein" en zulks naar aan
leiding van het 40jarig jubileum als raadslid van den heer
Heijlaerts.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
22. De heer VAN DEN BRINK, alsnu het woord ge
vraagd en verkregen hebbende, wijst erop, dat in het
jongste raadsoverzicht van de Bredasche courant de op
merking is gemaakt, dat in de raadszaal zoo slecht ge
zorgd is voor eene behoorlijke ruimte voor het publiek.
De verslaggever van de Nieuwe Rotterdamsche courant
moest toen aan een hoekje van de tafel gaan zitten. Ook
spreker vindt de raadszaal ongeschikt en vraagt, wanneer
eindelijk eens tot verbetering zal worden overgegaan.
Op de tweede plaats vraagt spreker, hoe het komt, dat
op gewone dagen in de week, o.a. op 8 September jl.,
op de openbare scholen geen onderwijs gegeven wordt.
De voorzitter meent, dat de eerste vraag thuis be
hoort bij de behandeling der gemeente-begrooting, waarbij
dan plannen tot verbouwing van het stadhuis ter sprake
kunnen worden gebracht. En wat de tweede vraag betreft,
wijst spreker erop, dat volgens de wet op het lager onder
wijs het leerplan wordt vastgesteld door het hoofd der