17 September 1910. „Een koninklijke mond sprak eens deze woorden „Een klein land, dat zijne groote mannen eert, is een „groot land. Met eene kleine variatie wensch ik deze woor- „den op U van toepassing te brengen en te zeggen „Eene kleine stad, die hare groote mannen eert, is eene „groote stad. Dat wenscht Breda heden te doen. En als „blijk daarvan wenschen wij U een klein geschenk te geven. „Het zijn deze bloemen, die gij zoo lief hebt. Zij zullen „verwelken, maar blijven zal de zilveren placque, welke „tot opschrift draagt „De gemeenteraad van Breda. ,,Aan den Edelachtbaren heer F. J. M. „Heijlaerts, als een bewijs van hulde „bij zijn veertigjarig onafgebroken lid- „maatschap van den raad. „1870 17 September 1910." „Dit is een cadeau van de leden van den raad. Maar „ook de gemeente biedt U een cadeau aan. Zooeven is „door den raad met algemeene stemmen besloten, om het „plein in het bouwblok, ingesloten door den Haagweg, den „Tramsingel, de Beekstraat en het Dijkje, te noemen „Frans Heijlaertsplein"En als de nakomelingen dezen naam „zullen lezen, en vragen, wie Frans Heijlaerts was, dan „zal iedereen daarop kunnen antwoorden: Frans Heijlaerts „was een burger, waar Breda trotsch op was, die de ge- „meente meer dan 40 jaar heeft gediendhij was een „groot geleerde, een nobel mensch. „Ik hoop dan ook, dat deze dag nog lang in Uwe her innering mag blijven voortleven en dat gij nog langen „tijd Uwe beste krachten zult mogen wijden aan het wel- „zijn der gemeente". De heer HEIJLAERTS zegt, dat hij zaken heeft gehoord, die hem trotsch zouden kunnen maken. Hoogst dankbaar is spreker voor de bewijzen van vriendschap en hulde, die hij heden mag ondervinden en zeer gevoelig is hij voor

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1910 | | pagina 334