17 September 1910. 335 het besluit van den raad, om zijn naam te verbinden aan een der pleinen van de gemeente. Het stemt zoo aangenaam, wanneer men hoort, dat na bestaanden, na het verscheiden, nog denken aan hem, die niet meer is. En wat kan beter de herinnering levendig houden, dan de naam van een plein Daarom is spreker ten hoogste dankbaar voor dit besluit. Herinnerende aan den tijd, toen spreker voor het eerst zitting nam in dezen raad, wijst hij erop, dat Breda toen was een stadje, ingesloten door vestingwerken, maar dat weldra van zijne wallen zou worden ontdaan. Er viel toen echter veel te verbeteren. Spreker behoorde tot de jongere leden van den raad, aan wie het gegeven was tot die verbeteringen mede te werken. Spreker schetst hierna verschillende toestanden op hygi ënisch gebied, welke dringend voorziening eischten en welke successievelijk verbeterd konden worden. Thans is Breda eene stad, waarover men zich niet be hoeft te schamen. Spreker voelt zich gelukkig, tot den bloei en vooruitgang der gemeente te hebben kunnen medewerken. Alles marcheert goed en er zijn inrichtingen van allerlei aard. Nogmaals dankt spreker hartelijk voor de huldiging, die misschien grooter is, dan hij wel ver diend heeft. De vergadering betuigt hare instemming met het ge sprokene door den heer HEIJLAERTS. De voorzitter sluit alsnu de vergadering. T)p nvi o T nnni'ri tov»

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1910 | | pagina 335