•15 October 19io. treden der politie, naar aanleiding van de wanordelijkheden tijdens de uitsluiting bij de firma Klep. In die vergadering werd behandeld een adres van den R. K. Volksbond en van den Bredaschen bestuurdersbond, ter bekoming van steun voor werkloozen. Door spreker werd toen een pleidooi gehouden van ongeveer gelijke strekking, als thans door den heer Van Hulten. Dat toen de verschillende vakvereenigingen samen gingen, bewijst, dat de socialisten de splitsing niet brengen, maar de oogenblikken aangrijpen, waarop zij met andere vak vereenigingen kunnen samenwerken. De eerste vraag, welke burgemeester en wethouders in hun prae-advies stellen, is, of het fonds openstaat voor alle vakvereenigingen zonder onderscheid van godsdienstige of politieke richting. Kan deze vraag niet bevestigend worden beantwoord, dan mag de gemeente geen subsidie geven. Door den heer Van Hulten is gezegd, dat, toen de aanvrage om steun in den winter 1908/1909 inkwam, er nog geen werkloozenkassen waren. Die waren er niet bij de katholieken, zegt spreker, maar wel bij de neutrale, zoogenaamd socialistische, vakvereenigingen. Wij hebben dien steun niet noodig, konden onze mannen zeggen, die verfoeide mannen van den klassenstrijd. Het was wederom de Bredasche bestuurdersbond, die het eerst een uitgebreid onderzoek heeft ingesteld naai den omvang der werkloosheid. Het eerst in 1907, toen men kwam tot een cijfer van 160 werkloozen en daarna in den winter van 1908/1909, toen dit cijfer tot 180 was gestegen. Dat hieronder ook werklieden waren, die buiten de gemeente hunne woonplaats hadden, moge juist zijii, maar het waren toch in ieder geval menschen, die hier ter stede hunne arbeidskrachten ten beste gaven. De cijfers van den winter 1908/1909 zijn verkregen in samenwerking met de R. K. vakorganisatiëncijfers, waar uit bleek de groote omvang der werkloosheid.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1910 | | pagina 358