26 Februari 1910. 8. Adres van A. Wassenaar alhier, daarbij ontheffing verzoekende van artikel 14 der bouwverordening voor deze gemeente, met betrekking tot het bouwen van eene steen- kolenbergplaats op het perceel aan de Vierwindenstraat 10, kadastraal bekend sectie B, n°. 2924. Bij dit adres is gevoegd het advies van de gezondheids commissie voor deze gemeente, alsmede een ontwerp besluit van burgemeester en wethouders, strekkende tot afwijzing van het verzoek, op grond, dat de verlichting en luchtvcrversching onvoldoende zou worden, niet alleen voor de bewoners van het pand zelf, maar ook voor de bewoners van de ter zijde van het te bebouwen terrein gelegen woningen. De voorzitter vraagt, of de raad zich met het ontwerp-besluit kan vereenigen. De heer LIJDSMAN geeft toe, dat, zooals het plan daar ligt, er strijd is met de bouwverordening en het verzoek ook op die wijze niet kan worden ingewilligd. Adressant heeft hem echter medegedeeld, dat er eene vergissing in de teekening is en dat slechts een klein gebouwtje met een plat dak zal worden gemaakt. Spreker zou derhalve in overweging willen geven de zaak aan te houden en adressant in de gelegenheid te stellen een nieuw verzoek met teekening in te dienen. De heer Fr. SMITS zegt, dat hij ter plaatse een onder zoek heeft ingesteld. Spreker begrijpt het argument van de gezondheidscommissie niet en evenmin het advies van den gemeente-architect, die het voorstel van de gezond heidscommissie zoo maar klakkeloos heeft overgenomen. Dit pleit niet voor de persoonlijke cnpaoitcitcn/van den architect. Spreker wil eveneens verzoeker in de gelegenheid stellen om eene nieuwe teekening in te dienen. Het gaat hier slechts om een afdakje, dat bijna gereed was, toen de gezondheidscommissie kwam kijken. Reeds aanstonds had

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1910 | | pagina 41