3 December 1910.
437
Bij den grooten materiëelcn vooruitgang der gemeente
valt echter ook een groote vooruitgang in schuld en be
lastingen waar te nemen. Er is bijgekomen eene vermeer
dering van belasting op de honden, op de openbare ver
makelijkheden en, last not least, op den hoofdclijken om
slag. Wel is het percentage van den hoofdclijken omslag
hetzelfde gebleven, doch de belasting is meer opgevoerd
tot het juiste bedrag van de belastbare inkomens, waardoor
de belastingschuldigen meer zijn uitgeperst.
De hoofdelijke omslag bedroeg 3 jaar geleden f 100 000,—
thans 132 000,Dat is toch 30 °/0 meer, al is dan het
percentage hetzelfde gebleven
Spreker ziet niet in, dat de hoofdelijke omslag vermin
deren zal, maar dat die nog zal toenemen, zoodat we over
5 of 6 jaar tot de 4 °/0 genaderd zullen zijn.
Dit zou spreker eene ramp vinden voor Ihrdci. Breda
is eene winkelstad. De winkeliers moeten veelal leven
van familiën en personen, die hier niet behoeven te wonen.
Bij verhooging van belastingen zullen velen naar elders
vertrekken en de winkelstand zal er het meest door lijden.
Dat dient te worden voorkomen.
Nog is genoemd de annexatie. Spreker gelooft niet, dat
deze minister op een annexatievoorstel zou ingaan, maar
eerder zeggen zal, dat men met de Baronielaan moet te
vreden zijn. Het is overigens nog zeer problematiek, of
de annexatie wel voordeel zou aanbrengen. Als een goed
deel van Ginncken daarin betrokken werd, zou men daar
goed onderwijs moeten brengen, want het is bekend, dat
het onderwijs te Ginncken slecht is Men zou overal den
goeden toestand moeten brengen, dien men in Breda heelt
en dat zou veel geld kosten.
Spreker gelooft ook niet, dat, zoolang de heer Passtoors
den scepter zwaait in GinnckenBreda één vierkanten me
ter grond van die gemeente zal krijgen. En wanneer men
zich alleen met het Duitenhuis moet tevreden stellen, dat
slechts nadeel, doch geen voordeel brengen kan, dan zal
spreker niet tot annexatie medewerken.
