450
3 December 1910.
ordening in den bedoelden zin, indien de meerderheid de
hier uitgesproken wenschelijkheid beaamt.
De voorzitter zegt, dat burgemeester en wethouders
voorstellen, om aan de agenten van politie, die in het bezit
zijn van het politiediploma zonder aanteekening een jaarlijk-
sche toelage te geven van 20,en voor het bezit van het
diploma met aanteekening f 30, Daardoor komt natuur
lijk de gratificatie bij het behalen van het diploma te
vervallen. De meerdere kosten, welke hieruit voortvloeien,
worden geraamd op f 350, weshalve wordt voorgesteld,
om den post van f 150,op 500,te brengen.
De heer VAN HULTEN dringt erop aan, om de agenten
ook van gemeentewege geneeskundige behandeling te ver
schaffen. De menschen moeten lichamelijk gezond zijn,
voordat ze in dienst treden. Daartoe worden ze gekeurd.
Worden ze later ziek, dan is dit vermoedelijk te wijten aan
de uitoefening hunner functie, want de menschen moeten
door weer en wind.
Spreker vindt het niet goed, om ook de hoofdagenten
eene toelage te geven voor het bezit van het politiediploma,
wel aan de agenten. Spreker beschouwt het bezit van het
politiediploma als een onmisbaar iets, om in aanmerking te
komen voor de benoeming tot hoofdagent. Derhalve is het
billijk, dat deze de toelage niet zullen ontvangen.
De heer VAN DEN BRINK herinnert aan een artikel,
dat onlangs in de Bredasche Courant over deze kwestie
heeft gestaan en waarin gewezen wordt op het gevaar, dat
bekwame agenten naar elders verhuizen.
In vergelijking met andere plaatsen, vindt spreker de
toelage gering.
Spreker beschouwt de politie ook als een soort arbei
ders, als proletariërs en daarom moet hij opkomen voor
hunne belangen. De politie moge thans strekken, om met
hunne stevige vuisten de arbeiders in bedwang te houden,
maar als straks de vierde stand de macht in handen zal