24 Maart 1911.
103
raad als deze daardoor niet worden teruggehouden
van het adresseeren aan regeering en staten-generaal.
Adresseeren aan de regeering en staten-generaal behoort
tot de verrichtingen van den gemeenteraad, daarvan
is sprake in artikel 120 der gemeentewet en, om
uit de vele voorbeelden van adressen van raden er
een enkel van recenten datum te noemen, herinner
ik aan het adres der gemeente Vlissingen ten gunste
der bookmakers, welk adres een weerklank vond in
het adres onzer Bredasche vereeniging „Vooruit."
Ons geacht medelid, de heer Van Hulten, gaf
in de jongste begrootingsvergadering niet onduidelijk
te kennen, dat de meerderheid van dezen raad de
liberale beginselen is toegedaan. Is dit zoo, dan zullen
ze de juistheid moeten erkennen van Thorbecke's
woorden „In den modernen staat is elke onderdaan
medewetgever en ieder regeerder werd onderdaan."
Maar om mede-wetgever te kunnen zijn, moet een
ieder het kiesrecht bezitten, daarvoor moet het kies
recht ook algemeen zijn. De vrijzinnigen aller scha
keering staan dan ook minder vreemd tegenover
de idee „algemeen kiesrecht" en de Groninger professor
Krabbe schreef in „De Gids" van Mei 1905: „Het
volk weet, dat zijne zaak zonder algemeen kiesrecht
niet beter worden kan en het eischt dat recht, als
het hem toekomend middel om de jarenlang opge
stapelde schuld in de rechtsvordering eindelijk zelve
aan te zuiveren. Het volk zal overwinnen bij dien
eisch."
Van katholiek-kerkelijke zijde kunnen we in ver
band hiermede aanhalen het woord van dr. Schaep-
man „ik meen dat wij het algemeen kiesrecht niet
kunnen tegenhouden en als het zou komen tegen de
grondwet, dan behoede God het vaderland."
2