22 April 1911. 131 op f 900,berekend naar een vermoedelijk inko men, vallende in de 30ste klasse, belastbaar f 30000, e. in dato 23 Maart 1911, G. no. 210, waarbij de aanslag van H. J. Kwisthout wordt gehandhaafd, be rekend naar een belastbaar inkomen van f 2400,en f. in dato 23 Maart 1911, G. no. 64, waarbij even eens wordt gehandhaafd de aanslag van A. Krijnen, berekend naar een belastbaar inkomen van f 800, De voorzitter stelt voor, al deze stukken voor kennisgeving aan te nemen. Waartoe besloten wordt. 4. Proces-verbaal van kasopneming bij den boek houder der gasfabriek en waterleiding, d.d. 13 Maart 1911, waaruit blijkt, dat in kas moest zijn een be drag van f 5347,36, terwijl in kas bevonden was een bedrag van f5349,59, alzoo te veel f 2,23. De voorzitter stelt voor, dit proces-verbaal eveneens voor kennisgeving aan te nemen. De heer Fr. SMITS meent, dat dergelijke kasop- nemingen tot dusver niet hebben plaats gehad, doch veronderstelt, dat deze een gevolg is van de gewijzigde bedrijfsboekhouding. Het bevreemdt spreker intus- schen, dat de kas een klein verschil oplevert. Deze behoort tot op den laatsten cent te kloppen. Spreker vraagt, op welke wijze dit verschil vereffend wordt. De voorzitter antwoordt hierop, dat ofschoon vroeger ook geregeld kasopnemingen hebben plaats gehad, de overlegging van het proces-verbaal thans een gevolg is van de nieuwe bedrijfsverordening. Het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1911 | | pagina 131