I 1 Juli I9lI. Tegenwoordig de heeren mr. P. M. J. E. BLOEM- ARTS, J. B. M. MERKELBACH VAN ENKHUIZEN, J. A. H. VAN DEN BRINK, W. J. SLECHTRÏEM, L. J. STAAL, J. R. baron VAN KEPPEL, J. LIJDSMAN, J. G. OVERING, mr. W. INGENHOUSZ, A. P. SCHELTUS, jhr. mr. A. REIGERSMAN, J. J. L. TEYCHINÉ, F. C. J. VAN HULTEN, F. A. M. J. SMITS, F. J. M. HEIJLAERTS, A. F. SMITS, A. C. BOM en A. A. A. MEEUWESEN. Afwezig de heeren J. M. INGENHOUSZ, W. G. H. ROMBOUTS en A. J. A. VERSCHRAAGE. Voorzitter de heer mr. E. P. VAN LANSCHOT, burgemeester. De voorzitter opent de vergadering en zegt, dat de notulen van het verhandelde in de vergade ringen van 26 en 31 Mei 1911, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 8 van het reglement van orde voor den gemeenteraad, ter inzage voor de leden hebben gelegen en hun bovendien in afdruk zijn toegezonden en vraagt, of iemand der leden alsnog voorlezing daarvan verlangt of eenige be merkingen daartegen in het midden heeft te brengen, allereerst wat betreft de notulen van het verhan delde in de vergadering van 26 Mei j.l. Niemand der leden hiertegen eenige |j a 1

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1911 | | pagina 227