244 1 Juli 1911. De voorzitter ziet niet in, dat de verordening in dit opzicht tot moeilijkheden zal aanleiding geven. Als die vereenigingen geen entree heffen, zijn de uitvoeringen niet openbaar. Overigens is het niet mogelijk, de door den heer van Hulten voorge stelde wijziging thans in behandeling te nemen. Alleen de wijziging, door burgemeester en wethouders voorgesteld, is aan de orde. De heer STAAL wijst erop, dat een der ambte naren van de belastingen het bestuur van Concordia erop attent heeft gemaakt, dat tot de gewone con certen voortaan geen kinderen, welke geen lid zijn, zullen mogen worden toegelaten. Dit strookt dus niet met de verklaring van den voorzitter. De voorzitter herhaalt nogmaals, dat deze zaak thans niet aan de orde is. De heer O VERING zegt, dat hij dan straks bij de rondvraag daarop zou willen terugkomen. Ook aan spreker is de zaak niet recht duidelijk. De heer Fr. SMITS is eveneens ongerust ge worden door de advertentie van Concordia. De voorzitter heeft vernomen, dat het bestuur van Concordia de kinderen der leden lid wil maken tegen eene contributie van 5 cent. De heer OVERING zou het jammer vinden, dat Concordia zijne toevlucht zou moeten nemen tot het lid maken van de kinderen der leden, om op die wijze buiten de belasting te vallen. De voorzitter zegt, dat de hoofdbepalingen der verordening in overeenstemming zijn met die

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1911 | | pagina 244