19 Augustus 1911. Tegenwoordig de heeren mr. P. M. J. E. BLOEMARTS, J. B. M. MERKELBACH VAN ENK HUIZEN, J. A. H. VAN DEN BRINK, W. J. SLECHTRIEM, L. J. STAAL, J. R. baron VAN KEPPEL, J. LIJDSMAN, J. M. INGENHOUSZ, J. G. OVERING, mr. W. INGENHOUSZ, A. P. SCHELTUS, W. G. H. ROMBOUTS, jhr. mr. A. REIGERSMAN, J. J. L. TEYCHINÉ, A. A. A. MEEUWESEN, F. C. J. VAN HULTEN, F. J. M. HEIJLAERTS, A. F. SMITS en A. C. BOM. Afwezig de heeren A. J. A. VERSCHRAAGE en F. A. M. J. SMITS. Voorzitter de heer mr. E. P. VAN LANSCHOT, burgemeester. De voorzitter opent de vergadering en zegt, dat de notulen van het verhandelde in de vergade ringen van 15 en 29 Juli 1911, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 8 van het reglement van orde voor den gemeenteraad, ter inzage voor de leden hebben gelegen en hun bovendien in afdruk zijn toegezonden en vraagt, of iemand der leden alsnog voorlezing daarvan verlangt, of eenige be merkingen daartegen in het midden heeft te brengen, allereerst wat betreft de notulen van 15 Juli j.l.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1911 | | pagina 289