I 320 Jr 5 September 1911. de heer J. J. L. Teychiné met 16 stemmen. De heeren Fr. Smits en Slechtriem verkregen ieder ééne stem, terwijl 2 briefjes in blanco waren ingeleverd en één van onwaarde werd verklaard. de heeren mr. W. IngenHousz en Jhr. mr. A. Reigersman, respectievelijk met 20 en 21 stemmen. (vacature-teychiné, zittingstijd tot 1 Jan. 1915): de heer J. J. L. Teychiné met 16 stemmen. De heeren van Hulten, Overing en A. F. Smits verkregen ieder ééne stem, terwijl 2 briefjes in blanco waren ingeleverd. (vacature-verschraage, zittingstijd tot 1 Jan. 1914)de heer J. M. IngenHousz, bij tweede stem ming, met 14 stemmen, zijnde 5 stemmen op den heer Reigersman, 1 op den heer Van Gastel en 1 op den heer van Hulten uitgebracht. Bij de eerste stemming hadden bekomen de heeren J. M. IngenHousz 8, Reigersman 4, van Keppel 3, van Gastel 3, Lijdsman 1, Overing 1 en A. F. Smits 1 stemmen. (vacature-mr. W. IngenHousz, zittingstijd tot 1 Jan. 1913): de heer mr. W. IngenHousz, met 18 stemmen. De heeren Merkelbach van Enkhuizen en van b. tot leden der commissie van bijstand in het beheer der openbare werken c. tot leden der commissie voor het ontwerpen van strafverordeningen d. tot leden der commissie van bestuur van het pensioenfonds voor gemeente-ambtenaren en hunne weduwen en weezen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1911 | | pagina 320