13 September 1911. 339 „punt van behandeling in uwe vergadering te maken, „wenschen wij in herinnering te brengen, dat beide „stukken bereids een onderwerp van bespreking heb- „ben uitgemaakt in uwe besloten zittingen van 19 „Augustus en 5 September j.l. „Het resultaat dezer laatste zitting is geweest, „dat werd besloten een tweetal deskundigen op het „gebied der schilderkunst uit te noodigen hun oordeel „te willen meêdeelen niet alleen over de kunst, maar „tevens over de verkoopwaarde der schilderijen, dit „laatste in verband met de voorwaarden, welke aan „de aanvaarding der schenking zijn verbonden, onder „voorbehoud, dat bij de aanbiedster geen bezwaar „zou bestaan om de uit te noodigen deskundigen in „de gelegenheid te stellen zich een oordeel te vormen. „Zooals in de bedoeling lag van voormeld besluit „heeft de heer J. R. Baron van Keppel, als ver tegenwoordiger van Mej. Manise voornoemd, aan „haar mededeeling gedaan van den loop en het re sultaat der gehouden besprekingen. „Als antwoord daarop is van haar onder dagtee- kening van 6 September j.l. ontvangen het hierne vens als bijlage 3 gevoegd schrijven, waaruit blijkt, „dat de aanbiedster ongenegen is goed te vinden, „dat de deskundigen, welke ingevolge uw meerbe- „doeld besluit tot voorlichting zouden worden uitge- „noodigd, zich op de hoogte stellen om aan de „gevraagde opdracht te kunnen voldoen. „In het voorbijgaan mogen wij niet onopgemerkt „laten, dat wij noch de bekwaamheid noch de be trouwbaarheid van de hiervoor genoemde deskundigen „maar het minst in twijfel trekken en wij deelen „daarom in het geheel niet de meening, dat het „raadplegen van nog andere deskundigen iets be- „leedigends inhoudt voor de heeren van Riemsdijk

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1911 | | pagina 339