360 26 September 1911. van Enkhuizen, mr. Bloemarts, Overing, Lijds- man en Fr. Smits, dat zij verhinderd zijn deze vergadering bij te wonen, de eerste wegens noodige afwezigheid, de tweede wegens ambtsbezigheden en de overigen wegens uitstedigheid. De voorzitter zegt, dat de notulen van het verhandelde in de vergadering van 5 September 1911, overeenkomstig het bepaalde bij art. 8 van het reglement van orde voor den gemeenteraad ter in zage voor de leden hebben gelegen en hun bovendien in afdruk zijn toegezonden en vraagt, of iemand der leden alsnog voorlezing daarvan verlangt, of eenige bemerkingen daartegen in het midden heeft te brengen. De heer VAN DEN BRINK wenscht op pag. 331, regel 11 van boven, tusschen de woorden ook en de alsnog ingelascht te zien de woorden na gedaan verzoek. Met inachtneming van deze bijvoeging worden de notulen van voormelde verga dering goedgekeurd en vastgesteld. Alsnu stelt de voorzitter aan de orde: A. Ingekomen stukken. 1Besluit van den heer Commissaris der Koningin in deze provincie, d.d. 23 September 1911, A. n°. 37, waarbij aan den heer Burgemeester dezer gemeente verlof wordt verleend om zich uit de gemeente te verwijderen van 28 September tot 15 October 1911. 2. Beschikking van de gedeputeerde staten van Noord-Brabant, d.d. 14 September 1911, G. n°. 2, waarbij de aanslag in den hoofdelijken omslag dezer

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1911 | | pagina 360