370
26 September 1911.
„Ter uitvoering van uw besluit dd. 13 September
„1.1. hebben ondergeteekenden zich naar Amsterdam
„begeven om bij de heeren Jhr. van Riemsdijk en
„Mensing, lid der Firma Fred. Muller, nadere
„inlichtingen in te winnen omtrent de kunst- en ver
koopwaarde der schilderijenverzameling van Jhr. S.
„van Nispen tot Sevenaer, door Mejuffrouw Manise
„aan de gemeente aangeboden.
„Te dien einde werden door hen aan bovenge
noemde heeren verschillende vragen gesteld waar-
„uit bleek
„lo. dat beide heeren in de overtuiging verkeer-
„den dat deze verzameling absoluut zonder eenige
„bezwarende voorwaarde was aangeboden en dat de
„gemeente voldoende lokalen disponibel had voor de
„tentoonstelling daarvan, zoodat aanvaarding voor de
„gemeente Breda geene onkosten, hoe luttel ook, zoude
„meebrengen, waarmede dus de onderstelling, door
„burgemeester en wethouders in hun prae-advies
„geuit, volkomen bevestigd wordt.
„2o. dat zij den indruk kregen, dat het hen
„speet eene schriftelijke verklaring te hebben afge
geven zij deelden toch mede, dat in hun schrijven
„het woord „kern" niet in den strikten zin moest
„worden opgevat, maar dat zij daarmede te kennen
„wilden geven, dat de aangeboden stukken een
„begin" konden zijn voor een museum, hetgeen hun
„schrijven een geheel andere beteekenis doet ver
krijgen
„3o. dat volgens hunne meening de kunstwaarde
„der schilderijen deze wasdat er zich wel enkele
„aardige stukjes onder bevinden, maar dat geen
„vreemdeling zich uitsluitend ter bezichtiging dezer
„verzameling naar Breda zoude begeven, en boven-
